De optocht
De apothekersassistenten en de sympathiekste parketwacht aten op pinksternacht wat pistachenoten. Plotseling klonk een pistoolschot. Was daar de panterjacht? Er was geen politiebericht, maar bij petroleumlicht zou dat toch potdicht blijven.
Was het een kwestie van privaatrecht, van hypotheekrecht, of deed het patriarchaat zich weer eens gelden?, vroeg de anti-apartheidsactivist zich af, terwijl hij zijn portretsilhouet toonde.
Al heb je zo veel computerkracht als de postcheque-en-girodienst, verzuchtte de pantheïst: of een printopdracht lukt moet je maar afwachten. Zo valt kapitaalvlucht moeilijk te vermijden. Dat idee had hij toch maar mooi gepitcht, ondanks zijn sporthart.
Gelukkig is de kapiteinshut met polymethylmethacrylaat druipwaterdicht gemaakt, anders was het een platschuit met putlucht geworden. Dan sta je daar met je opkomstplicht.
Wat is dit voor praatzuchtig verhaal? Het is beslist geen puntdicht. Het lijkt eerder voer voor een psychotherapeut.
